De zoveelste versie van Jingle Bells of All I Want for Christmas beu gehoord? Stem dan af op onze 'Special Seasonal Mix' op Spotify, een selectie stemmige liederen om de koude decembermaand op te peppen.
Ook al vieren we Kerst dit jaar een beetje anders, cadeautjes zijn altijd leuk om te krijgen én te geven. De muziek van Balsam werkt in deze tijden letterlijk als een balsem op vele zielen, een ideaal cadeau dus voor onder de kerstboom. De CD Scattered Rhymes met het Frank Vaganée Trio is vanaf vandaag ook te koop aan 5 euro dankzij een grote stock-verkoop van het label. Zet het jaar alvast swingend in!
Dat de culturele nood de afgelopen maanden hoog was, merkten we aan de talrijke ontroerde reacties na het brengen van Balsam op de Zomer van Antwerpen. De pers noemde de voorstelling meermaals 'een balsem voor de ziel.' Dit najaar brengen we u extra zuurstof voor de ziel met de herneming van Balsam in Rotterdam en Heerlen.
Op 14 oktober verenigen Zefiro Torna en het hedendaagse Franse Ensemble Variances muziek uit de 14de tot de 21ste eeuwen tijdens de première van BACHC®AB in deSingel. En een maand later lanceren we u 'im glückliche Fahrt' naar een nieuwe tijd en ruimte met de langverwachte première van PAST | ORALE: BTHVN transhumanized tijdens het Lunalia-festival. Het wordt een bijzonder weerzien!
The word is out! Na enkele spannende weken mogen we aankondigen dat BALSAM, het mysterieuze kruidenlaboratorium met Laika, theater der zinnen, op Belgische bodem kan doorgaan. Op de Zomer van Antwerpen dan nog wel. Van 1 t/m 26 juli spelen we Balsam maar liefst 36 keer. Tickets zijn beperkt, dus snel zijn is de boodschap.
In augustus staan we dan weer op de planken met SLUIMER - samen met Lore Binon en Benjamin Glorieux - tijdens de Moonlight Maandagen in Ninove (intussen geannuleerd!), Bijloke Wonderland in Gent en de Anderhalvemetersessies in Leuven.
Deze bijzondere zomer inzetten doen we alvast op 21 juni met Klara on Tour. Volg ons optreden met sopraan Annelies Van Gramberen om 14u, live uitgezonden vanuit Amuz via Klara.
Net als tal van andere artiesten en ensembles zag Zefiro Torna de voorbije week verschillende concerten in het water vallen door de coronacrisis. Met pijn in het hart, maar de gezondheid van iedereen rond ons gaat voor.
Intussen werken we vanuit onze zolderkamer, living of geïmproviseerd bureau verder aan toekomstige projecten. En zorgen we iedere week voor een muzikaal antidotum. Luister naar onze playlist op Spotify. Of verras jezelf, een vriend(in) of familielid met de 'Lockdown CD-verrassingsbox'. Of krijg als stille getuige een inkijk in de ateliers van Jurgen De bruyn, Bram Bosteels en Anne-Mie van Kerkhoven.
Blijf gezond & creatief!
In januari 2020 breidt Zefiro Torna de productie Balsam uit tot een muziektheatervoorstelling die alle zintuigen bespeelt. Daarvoor werkt het voor de eerste keer samen met theatergezelschap Laika – Theater der Zinnen. Balsam wordt een visueel én fysiek prikkelend laboratorium waarin de live uitgevoerde muziek samensmelt met verrassende geuren en smaken. Terwijl de muziek suddert en bezweert, zijn de toeschouwers getuige van allerlei experimenten en chemische processen: olie stolt druppelsgewijs tot eetbare parels, melk wordt elektrisch, houtskool een zoete lekkernij. Balsems, poeders, drankjes en amuse gueules in alle geuren, kleuren en smaken worden door de performers aangereikt en gedeeld met diegene die naast je zit. In première op 31 januari 2020 in Le Channel (Calais, FR) daarna op tournee in Frankrijk, Nederland en België.
Zefiro Torna - Het Nieuw Gents Stadsblazerscollectief
Jacob Obrecht (1457-1505), zoon van een Gents stadstrompetter, was als zang- en kapelmeester actief in de Lage Landen en in de Italiaanse stad Ferrara. Als één van de belangrijkste laatmiddeleeuwse Europese componisten leverde hij grensverleggend werk, vooral op het vlak van de polyfone muziek. Gents stadscomponist Dick van der Harst (1959) confronteert zijn muziek met het typerende geluid van de gamelan - één van 's werelds hoogst ontwikkelde muzikale vormen, verbonden met de Javaanse mythologie en religie. Drie vrouwenstemmen, grote bronzen gongs, slagwerk, aparte toonschalen en een uitgekiend instrumentarium maken u deelgenoot van een even intrigerend als ongedwongen muzikaal ritueel.
Het Nieuw Gents Stadsblazerscollectief
Uitgebracht door homerecords
Interview met Dick van der Harst (door Johan Van Acker)
Waarom Jacob Obrecht ?
“De suggestie kwam van Muziekcentrum De Bijloke. Terecht, want Obrecht (Gent, 1457/1458 - Ferrara, 1505) was een interessante figuur. Zijn werk is niet alleen mooi maar dikwijls ook heel ‘onstijlvol’. Soms greep hij terug naar middeleeuwse voorbeelden in tegenstelling tot het oeuvre van zijn collega’s dat al helemaal in een vroegrenaissancistische stijl baadde. Wat ik precies zal kiezen ? Wel, Obrecht heeft o.a. een requiem geschreven (het motet “Mille quingentis”) voor zijn vader; zowel de tekst als de compactheid maken het voor mij interessant. En dan is er natuurlijk de “Missa Scaramella” gebaseerd op een Italiaans volksliedje; daar zal ik ook wel op inspelen. Bovendien ontbreken hier twee van de vier stemmen en dát nodigt natuurlijk uit tot invullen. Ik ga zeker proberen een paar minuten te doen alsof we ergens in een kerk de ontbrekende stemmen hebben gevonden (lacht). Authentiek nieuw materiaal terwijl het niet zo is, hè. Net zoals die Engelse musicoloog-professor die de 10de van Beethoven heeft gereconstrueerd; op het einde van de cd geeft hij nog een speech waarin hij besluit ‘ik heb mijn best gedaan, het komt denk ik wel in de buurt…’ En dan zegt hij “But of course, Beethoven would have done better.’ (lacht)
De idee om de link te leggen met de gamelantraditie is pas later gekomen. Net als in de polyfone muziek tref je ook daar meerstemmigheid aan, al is dat niet zo letterlijk als in de polyfone muziek. Toch zit er duidelijk een middenstem, een variatie én een trage lage stem in. Intuïtief dacht ik dat dat iets was om Obrecht meer naar mij toe te trekken: fragmenten uit zijn oeuvre die verdwijnen in mijn muziek of die zich vermengen met flarden gamelan”.
Hoe ga je om met die polyfone schrijfwijze van Jacob Obrecht ? Deconstrueer je die, en komen daar andere fragmenten doorheen gefietst ?
“Hoe ik dat precies ga doen, weet ik nog niet. Ik bekijk nog of ik probeer in de stijl van Obrecht te schrijven of net niet. Ik heb in elk geval heel veel materiaal, met erg mooie (meestal Latijnse) teksten. Ik denk er dan ook aan eerst een structuur te maken met de mooiste tekstfragmenten, zodat die tekstuele opbouw klopt. Dat betekent niet dat je alle woorden moet verstaan om te begrijpen waar het om draait. Zelfs integendeel… het is een muzikaal geheel waarin gezongen wordt. Het zal vrij snel duidelijk zijn dat er wel ergens een religieuze of meditatieve inslag is. Vroeger verstonden de mensen de Latijnse misteksten ook niet. Volgens sommigen was een mis daarom vroeger leuker, want je kon abstracter wegdromen; daarna volgde de preek in het Vlaams, of veel vroeger nog in het Latijn. De muziek van Obrecht zal ik nu eens behouden, dan weer bewerken of nieuw componeren. In elk geval zullen fragmenten ‘pure’ Obrecht evolueren naar bewerkingen of andersom, afgewisseld met gamelanfragmenten. De schalmeien en de klarinetten – de ‘harde’ kant van het ensemble – zullen voor de nodige interventies zorgen. De vader van Obrecht was niet voor niets stadtrompetter in Gent, dus dat past allemaal mooi.”
Ben je van plan binnen de misstructuren te blijven die Obrecht hanteerde ?
“Die misstructuur is door de jaren heen een heel beproefde vorm gebleken, een retorisch kader van hoe je iets opbouwt, een gemeenschappelijkheid in een stad waar je samenkomt. Het is zoals ze in de jazz zeggen een ‘supersetlijst, je kan dat niet zomaar veranderen. Het Kyrië zal ik dus niet op het einde zetten, dat werkt niet, want de dramaturgie moet behouden blijven.
De gamelantraditie ligt je duidelijk nauw aan het hart. Vanwaar die fascinatie ?
“Natuurlijk is het in eerste instantie de muziek die mij aanspreekt. De traditie zelf heb ik leren kennen via mijn vader die in 1927 vlakbij Bandung (Indonesië) geboren is. Hij heeft daar in een Japans interneringskamp gezeten (nvdr. Japan bezette vrijwel geheel Nederlands Oost-Indië in maart 1942 ) en is na zijn vrijlating naar Nederland gekomen. In die tijd had je in Amsterdam het Tropenmuseum – officieel het Instituut van de Tropen – opgetrokken uit duurzame materialen uit het Oosten zoals jatti hout. In dat instituut bevond zich een gamelanorkest waar ik wel eens ging luisteren. Ik heb thuis nog altijd een LP met hofmuziek uit Djakarta: heel traag, instrumentaal, hindoeïstisch religieus. Het is één van de weinige zaken die ik opzet als ik heel moe ben; ik leg me dan op de bank en het werkt nog altijd om tot rust te komen. Het is erg minimalistische muziek, één en al herhaling de hele tijd door met nu en dan een akkoordje. Daarna gaat het orkest weer door en door. Dat alles zal deel uitmaken van “Assim”.